De afgelopen week probeerde ik er maar niet teveel aan te denken: dinsdagmiddag kreeg ik de uitslag van de eerste CT-scan sinds de grote operatie. Maar hoe dichterbij dat moment in de spreekkamer kwam, hoe hoger de spanning toch opliep. Dinsdagochtend kreeg ik nauwelijks een hap door mijn keel en kon ik me slecht op andere dingen concentreren. Ik ben een stuk gaan handbiken en heb daarna een tijdje op bed gelegen. Ironisch genoeg kreeg ik een alert van mijn elektronisch patiëntendossier: de uitslag stond in mijn inbox. Als ik zou willen, kon ik het rapport gewoon alvast lezen. Ik besloot dit keer toch maar gewoon te wachten tot ik bij mijn dokter was, liever samen met hem de uitslag doornemen zodat ik direct vragen kon stellen. Maar in de tussentijd voelde het als een lang eind onderwater zwemmen… je wil eigenlijk al naar boven, maar je moet nog een stukje.
Remona en ik kwamen aan in de wachtkamer. Het spreekuur liep uit. Twintig minuten extra wachten. Toen mochten we eindelijk naar binnen. “Hoe voelt u zich?” was de eerste vraag van mijn dokter. “Gespannen!” antwoordde ik. “Laten we dan maar meteen de uitslag doornemen,” zei mijn arts, waarna hij achter zijn computer ging zitten en orgaan voor orgaan de bevindingen van de radioloog voorlas: “Longen schoon, lever schoon…” Ik las mee op zijn scherm en zag het hele rijtje bevindingen, er stond niks zorgelijks tussen. Remona en ik keken elkaar opgelucht aan. Ik kwam weer boven water en genoot van een heerlijke hap frisse lucht. Er gaan nog een hoop van dit soort spannende CT-scans volgen, maar deze is tenminste binnen!
Als er niks bijzonders gebeurt is mijn eerstvolgende ziekenhuisbezoek pas weer over drie maanden. Op de lange termijn blijft er nog veel onduidelijk, maar op de korte termijn is dit een heel fijn lichtpuntje en hopelijk het begin van nog veel meer moois.
Comments